|
Wat is er in de winter van 1826 met Luurt Hendriksz Buikhuis gebeurd?
Het is momenteel niet echt te achterhalen wat er met Luurt in 1926 gebeurd is.
Om te kunnen trouwen moet de toestemming van de ouders (vader) verkregen worden
en in het algmeen zijn de ouders bij het huwelijksvoltrekking op het gemeentehuis
aanwezig. Is dit niet het geval, dan is er een akte van toestemming als bijlage
bij de huwelijksakte aanwezig. Bij overlijden was er een uittreksel uit het betreffende
overlijdingsregister als bijlage aanwezig. Dit geld wel voor de periode na 1812,
de Franse tijd en de invoering van de Code Civil door Napoleon.
Vóór 1812 werd het huwelijk in een paar regels door de pastoor opgetekend,
in wat wij nu noemen de DTB's (Doop- huwelijks- en begraafboeken.)
Dan werd één persoon als begeleider van bruid of bruidegom genoemd. In het algemeen de vader
en bij niet aanwezig de moeder. Zijn beiden bijvoorbeeld overleiden, dan werd er
een ander familielid genoemd, danwel een voogd.
Dus bij de huwelijksvoltrekkingen van de kinderen van Luurt, was hij al verdwenen
en derhalve moesten zij voor het gerecht bewijzen, dat er geen toestemming van hun
vader afgegeven kon worden. Onderstaand enkele zinsnedes uit de betreffende akten
In een bijlage van de huwelijks akten van zijn zonen Hendrik in 1835 te Dordrecht
en Hermanus in 1838 te Harlingen en dochter Sipke in 1835 te Dordrecht zijn de
teksten nu niet echt eensgezind.
Volgens een verklaring bij de huwelijksakte (18-03-1835) van zijn dochter Sipke Buikhuis
(geb. 1807):
"dat zij uit dien hoofde stellig zeker weten, dat de vader van derzelve Requirante
voornoemde Livert Hendrik Buikhuis, arbeider, alhier gewoond hebbende, nu omtrent
acht jaren geleden zijn huisgezin en deze stad heeft verlaten, zonder wijders tot
hiertoe iets van zich te doen horens, terwijl men sedert niet heeft kunnen te weten
komen, wat er van hem geworden was, of waar hij zich ophoudt."
Volgens een verklaring bij de huwelijksakte (25-11-1835) van zijn zoon Hendrik Buikhuis
(geb. 1807):
" dat echter de Requirants vader Leurt Hendriks Buikhuis in den winter van het jaar
Achttien Honderd Zesentwintig is vermist geworden en vermoedelijk bij ongeluk des
avonds in het water is geraakt op de hoogte van Blauwpoort te dezer stede en is
verdronken. Zijnde er in der tijd verscheidende dagen in de rivier gevischt naar
zijn lijk zonder dat men hetzelve heeft kunnen ontdekken. Dat het overigens zeker
is dat des Requirants vader zich da dien tijd niet weder heeft vertoond en men
desselfs lot of wedervaren niet het minste heeft vernomen".
Volgens een verklaring bij de huwelijksakte (26-07-1838) van zijn zoon Hermanus Buikhuizen
(geb. 1813):
"dat zij uit dien hoofden stellig zeker wetend dat des requirants vader Luert Hendrik
Buikhuis, arbeider te Dordrecht gewoond hebbende nu omtrent elf jaren geleden zijn
huisgezin en de stad zijner woonplaats heeft verlaten zonder wijders tot hiertoe,
iets van zich te doen horen, terwijl men sedert niet heeft kunnen te weten komen wat
er van hem geworden ware, waar henen hij zich begeven had, of van welke plaats hij
zich oponthoudt, indien hij noch in leven is".
De Vrederegter van het Eerste Kanton Dordrecht is al de drie akten: Meester Matthijs Beelaerts
In al de drie akten hebben de comparanten (getuigen):
"zich bereid betuigd de waarheid van dat hun verklaarde ten allentijde op de plegtigste
wijze te zullen bevestigen, als zij daartoe wettiglijk zullen worden gerequireerd".
Getuigen akte Sipke:
1 - Willem Hendrik Bosch, oud 52 jaren geëmployeerde bij het Bureau van den Burgelijken
Stand te Dordrecht
2 - Frederik Kramer, oud 39 jaren, van beroep stoelmaker
3 - Adrianus Baars, oud 39 jaren, schippersknecht
4 - Adrianus Johannes van Heerendonk, oud 28 jaren, stoelmaker
Getuigen akte Hendrik:
1 - Robertus Meuleman, oud 43 jaren, an beroep brugophaalder
2 - Willem van de Water, oud 61 jaren, van beroep vlotter
3 - Jacobus Kamermans, oud 39 jaren, van beroep schuitenvoerder
4 - Gerrit Langeweg, oud 60 jaren, van beroep schuitenvoerder
Getuigen akte Hermanus:
1 - Robertus Meuleman, oud 45 jaren, van beroep commissaris van het schuiteveer
2 - Pieter van Es, 29 jaren, van beroep pontman
3 - Hermanus Riethof, oud 58 jaren, van beroep arbeider
4 - Frederik Kramer, oud 42 jaren, van beroep stoelenmaker
Op 19 dec 1826 kreeg Gerritje, de vrouw van Luurt, nog een kind. Gelet op dit gegeven,
mag je verwachten, dat Luurt negen maanden daarvoor nog bij zijn gezin was en de winter
van 1825/1826 al voorbij was. Dus als Luurt in de winter van 1826 volgens de bijlage bij
de huwelijksakte van zijn zoon Hendrik Buikhuis bij de Blauwpoort in het water gevallen moet
zijn, dan blijft de maand december 1826 voor zijn verdwijning over. Daar er ook
op verschillende dagen gedregd is, mag je verwachten dat hieromtrent best wel in de
Dordrechtse Courant van toen een berichtje gestaan zal hebben. De autheur heeft in het
Dordrechtse Archief de maand december 1826 op nageslagen, maar kon helaas geen bericht ter
ondersteuning van bovenvermeld gegeven kunnen vinden. Het blijft vooralsnog een mysterie
wat er toen werkelijk gebeurd is.
|